Vandaag woont tuinhulphond Dex al drie weken bij ons. Het lijkt al drie maanden. Vooral als ik in de spiegel kijk en mijn slaapgebrek aanschouw. Maar we zijn zo blij met hem. En Dorus is al helemaal blij. Eindelijk een speelkameraad.

De eerste twee weken is Dex een soort knuffelpup die veel slaapt.
Het is wel uitkijken voor zijn vlijmscherpe tandjes. We noemen hem daarom ook weleens piranha.
Binnen een mum van tijd is Dex al helemaal ingeburgerd. Na twee week blaft (dat blaffen moet je ruim zien) hij al stoer naar buurhond Angus, een ENORM groot Zwitserse witte herder. Uiteraard blijft hij daarbij zorgvuldig uit het zicht.
Ingeburgerde Dex vermaakt zich dus uitstekend in Ons Toentje. Graven vindt hij echt geweldig. (Wij zijn iets minder enthousiast). Sinds eergisteren graaft hij vooral langs de vijverrand en haalt daar doorweekte graspollen uit, om ze vervolgens als een malle uit elkaar te schudden.
Tegen het kippengaas aanspringen, zodat de kippen een rolberoerte krijgen, vindt ie ook erg vermakelijk. Dus daar hebben we ook nog een lange weg te gaan.

Gister liet Dex ons weten dat hij klaar is om aan de bak te gaan als tuinhulphond. ‘Kijk, ik kan al planten verpotten!’

Althans dat is zijn versie. Ik denk daar iets anders over. #sloopsmous
Wie weet. Volgende week schijnt de zon weer. Dus dan zijn we weer de hele dag buiten. Misschien kunnen we beginnen met onkruid wieden.

Heerlijke foto waarin Rex helpt verpotten!